AstronomieAntwoorden: Uit het Astronomisch Woordenboek

AstronomieAntwoorden
Uit het Astronomisch Woordenboek


[AA] [Woordenboek] [Antwoordenboek] [UniversumFamilieBoom] [Wetenschap] [Sterrenhemel] [Planeetstanden] [Reken] [Colofon]

\(\def\|{&}\)

Hieronder staat de beschrijving van het woord dat je opvroeg uit het astronomisch woordenboek.

de magnitude

mag‧ni‧'tu‧de

In het algemeen is een magnitude een maat voor de hoeveel iets aanwezig is. In de wetenschap wordt magnitude meestal gebruikt voor een logaritmische maat, zoals voor de sterkte van aardbevingen of de helderheid van sterren.

In de sterrenkunde is de magnitude of schijnbare magnitude een maat voor hoe helder iets lijkt te zijn (op de afstand die het heeft). De helderste sterren aan de hemel zijn ongeveer van magnitude 0 en 1. De zwakte sterren die iemand met goede ogen onder goede omstandigheden (ver van stads- en andere lichten) nog zonder optische hulpmiddelen (zoals een verrekijker of telescoop) kan zien zijn ongeveer van magnitude 6 (van de zesde magnitude). Hoe groter (meer positief) de magnitude, hoe minder de helderheid is.

De schaal van magnituden is een logaritmische schaal. Een verschil van 1 magnitude komt overeen met een verhouding van ongeveer 2,5 en een verschil van 5 magnituden komt precies overeen met een verhouding van 100: Een ster van magnitude 0 lijkt 100 keer zo helder als een ster van magnitude 5. Sterren en andere dingen kunnen ook negatieve magnituden hebben. De Zon heeft een magnitude van ongeveer −26,7 en de gemiddelde volle maan heeft een magnitude van ongeveer −12,6. Venus heeft op z'n helderst een magnitude van ongeveer −4, en de helderste ster aan de hemel, Sirius, heeft magnitude −1,5. De zwakste bronnen die tot nu toe waargenomen zijn (met grote telescopen en lange belichtingstijden) hebben een magnitude van ongeveer +31.